Heb je ook verhaal over wat de gevolgen van nachtmerries voor je zijn of een interessante nachtmerrie en wil je deze delen? Stuur deze dan naar verhalen@nachtmerries.org
Op zoek
Mijn terugkerende nachtmerrie is in zijn thematiek altijd hetzelfde maar de omstandigheden wisselen: ik ben altijd op zoek. Soms weet ik niet waarnaar en soms weet ik dat wel. Het zoeken begint rustig maar wordt allengs stressvol en aan het eind paniekerig. Soms heb ik een fiets bij me waar ik steevast niet op zit. Aan die fiets hangen zware tassen die me belemmeren in het voortbewegen. Mijn zoektocht kan plaatsvinden op een kermis of in de bergen waar grote diepten een angstaanjagend decor vormen. Daar kan ik doorheen trekken met mijn jongste zoon die ik daar kwijtraak en naar wie ik op zoek ga. Een andere terugkerende locatie voor mijn queeste is een klein vervallen dorpje met een oud kerkje. Ik kan baby’s kwijtraken en andere baby’s vinden die niet van mij zijn op hoge viaducten waar auto’s langs razen. In mijn droom komt altijd het moment waarop ik mijn zoektocht opgeef (de fiets verdwijnt in de plomp) en overvallen word door een paniek en wanhoop die zijn weerga niet kent. Het verdriet en de tranen hopen zich op maar kunnen niet ontsnappen. Op het moment dat de druk te hoog is word ik wakker in een lichaam vol adrenaline en doelloos verdriet. Huilen hoeft niet meer maar de droge snikken, moeten er nog uit. De eerste uren van die dag loop ik als een zombie rond.
Doodstraf
Vannacht droomde ik dat ik de doodstraf had gekregen. Mijn zusje was degene die hem moest voltrekken. We waren thuis, ik begreep het niet helemaal maar ik begreep wel dat ik dood moest gaan. Mijn zus nam een flesje uit een soort toilettasje en deed een deel van de inhoud in een glas, dat moest ik leegdrinken. Mijn ouders waren weg gegaan om ons alleen te laten en niet te storen. Toen ik het glas leeg had ging in liggen en ging ook mijn zusje weg. Ik wist dat ik moest sterven en voelde dat een deel van mijn lichaam gevoelloos werd alsof het verdoofd was maar mijn gedachten bleven doorgaan. Ik werd een paar keer wakker en dat ‘he, het lukt niet om dood te gaan’. Mijn zusje had het middel dat ik gedronken had niet sterk genoeg gemaakt al had ze wel de instructies gevolgd. In de verte hoorde ik dat mijn ouders terugkwamen maar ik was nog niet dood. Toen werd ik langzaam wakker en realiseerde me langzaam dat ik niet dood hoefde te gaan.
Man vermoord
In de tijd dat mijn moeder een relatie had met een man droomde ik dat zij en ik hem vermoord hadden. We wisten niet waar we het lijk moesten verstoppen en in onze paniek hebben we hem in stukken gezaagd en overal in het huis, in elk hoekje en gaatje een deeltje verstopt. Je ziet er helemaal niets van en het huis ziet er schoon en netjes uit. Echter blijft het niet voor lang want even later zie ik overal bloed en vlees uitsijpelen. Ook uit een kroonluchter die bij mijn moeder in haar slaapkamer hangt, sijpelt heel langzaam een stuk bloedend vlees naar beneden. Hoe ik ook probeer alles terug te stoppen, blijft het tevoorschijn komen en ik ben bang dat mensen het gaan ontdekken.
Kerkhof
Ik lig op een bed in een kamer te slapen. Opeens word ik wakker en zie allemaal familieleden 1 voor 1 huilend de kamer in komen op afscheid van me te nemen. Aan mijn nicht, die op dat moment bij mijn bed staat, vraag ik: ” Wat is er aan de hand? ” Ze begint nog harder te huilen en nee te schudden en loopt dan weg. Mijn vader, die al de hele tijd bij me in de kamer is, zegt dan: “je bent ongeneselijk ziek en je hebt niet lang meer” Dan zeg ik: “ik voel me hartstikke goed, ik ben niet ziek” maar mijn vader blijft volhouden dat ik in bed moet blijven omdat het einde echt nadert voor mij.
Als iedereen is langs geweest en ik, tevergeefs, iedereen heb geprobeerd te overtuigen van mijn uitstekende gezondheid zeggen mijn vader en moeder dat ik mee moet komen. Ik loop met ze mee en ik ga op de achterbank van de auto zitten. We beginnen te rijden en mijn moeder blijft maar hardop huilen en mijn vader ook. Als ik vraag waarom ze
huilen krijg ik geen antwoord en wordt ik de hele autorit genegeerd.
Dan hoor ik dat we op een grindpad rijden en de auto stopt. Mijn moeder doet de deur open en ik stap uit. Mijn ouders rijden huilend weer weg en ik blijf achter. Als ik dan verbaasd achterom kijk, zie ik tot mijn schrik dat ze me hebben achtergelaten op een kerkhof.
Meteorietregen
Mijn verhaallijn is het zelfde alleen de achtergrond is iedere keer een beetje anders. Ik droom namelijk dat er een meteorietregen plaats vindt of de wereld wordt aangevallen. Deze buien of aanvallen vinden altijd ‘s avonds met veel vuur plaats. Altijd in de grote stad. Ik ben niet thuis, zit midden in de bui of in het gevecht. Heel graag wil ik thuis bij mijn vriend en dieren zijn. Ik loop, rij of fiets me helemaal scheel maar ik kom maar niet thuis. Neurotisch probeer ik te bellen en te bellen maar niemand neemt de telefoon op. Dit gaat met nog veel spektakel er omheen een hele tijd door. Op het einde vlak voor dat ik wakker schrik sterft een familielid, mijn vriend of één van mijn dieren. En ik schreeuw en huil me helemaal hees. Vervolgens zit ik gedesoriënteerd nat van de zweet, hijgend en met een snel kloppend hart rechtop in bed. Na de nachtmerrie moet ik ook ff checken of iedereen in huis nog adem haalt. De dromen zijn heel duister, sinister en vreselijk echt.
Bruidsjurk
Ik heb laatst een nachtmerrie gehad die ik wel wil navertellen. Eigenlijk was hij maar heel kort maar wel heel griezelig. Ik loop heel argeloos naar beneden, naar de keuken en daar zie ik een bruid staan. Als ik goed kijk, dan zie ik dat het geen vrouw, maar een man is die verkleed is als bruid met een sluier die zijn gezicht bedekt. Door die sluier heen zie ik dat de man een verminkt gezicht heeft. Zijn neus is helemaal kapot en zijn lippen zijn ook helemaal weggerot, zodat zijn tanden en tandvlees overdreven goed te zien zijn. Hij zegt niets, hij heeft een groot slagersmes in zijn hand en daarmee wil hij mij vermoorden. De opluchting was groot toen ik weer wakker werd.
Buizensysteem
Ik droomde van een ingewikkelde stalen gevlochten buizensysteem met een hoofdkamer, waarin de buizen uitkwamen. In de buizen lagen mensen op matrasjes. Zij waren doodsbang, omdat zij wisten dat er iets vreselijks te wachten stond. Als je aan de beurt was waar niemand van terugkeerde.
Wanneer het zo ver was, werd je uit de buis gezogen naar de hoofdkamer en daar ging je een deur door. Achter die deur stond een karretje. Daar ging je in en moest het karretje achteruit besturen in het donker over een smal pad, wat vreselijk moeilijk was. Aan weerszijden van het karretje zag je afschuwelijke afgronden vol met lijken en doodshoofden en andere gruwelijkheden, het leek wel een soort hel. Je begrijpt wel, dat het merendeel van de mensen dit niet lukte en hierin storten.
Na veel oh,…,oh…,oh…. Geroep is mij dit gelukkig wel gelukt en werd ik zwetend wakker.
De zwarte man
Ik was heel jong toen de nachtmerries over een verschijning begonnen. Ik had normale dromen, gewone nachtmerries en die nachtmerries waar ik tijdenlang van slag van was, de nachtmerries over een verschijning.
Toen ik een peuter/kleuter was, droomde ik dat ik lag te slapen en plots werd ik bang.
De slaapkamerdeur zwaaide open en daar stond een schim. Ik dacht dat het misschien Tommie van Sesamstraat was, maar begreep niet waarom hij me bang wilde maken. Ik werd hysterisch wakker, omdat ik het niet snapte: hij was zowel zwart als wit en het licht achter hem was er zowel niet als wel. Hij was alles en niets tegelijk.
Toen ik ouder werd, veranderde de droom.
Ik droomde dat ik me in mijn slaapkamer bevond en dat de lichten heel langzaam doofden. Mijn haren gingen overeind staan en ik probeerde wanhopig de lampen weer aan te krijgen. En dan stond hij daar, vaak in de deuropening: een man met een cape en een hoge hoed. Zijn gezicht was niet te zien, maar hij straalde intense slechtheid uit. Bij mij brak totale paniek uit en als ik eindelijk wakker schrok, was ik nog uren doodsbang.
Na jaren van angst, niet durven slapen, besloot ik dat hij weg moest.
Ik sprak hem aan in mijn droom: ik doe jou niets, dus doe mij ook niets… ga weg!
Hij kwam niet meer terug, maar de verschijningsdroom heb ik nog wel eens.
Nu is het vaak een soort wolk, niet goed zichtbaar. Het is zowel 1 als velen en het noemt zich “zij”. Het probeert me in te sluiten, op te slokken. Meestal droom ik dat ik weer in mij oude kamertje ben als het gebeurt. Andere keren, word ik eerst naar een zolder gelokt. Ik moet die trap op, ookal wil ik eigenlijk niet en als ik eenmaal daar ben, dan wachten “zij” op me. Ik raak altijd verlamd van paniek in mijn droom, maar word wakker voordat er iets gebeurt.
Enge man
Al jaren heb ik nachtmerries over een man die zich, terwijl ik in bed lig, over mij heen buigt, me beetpakt en me dan gaat doden op een gruwelijke manier. Gelukkig wordt ik altijd net voor dat hij me pakt, wakker. In deze dromen roep ik altijd heel hard : mamma, mamma,mamma.
Als ik uit mijzelf wakker wordt; meestal door mijn eigen geroep, dan zijn mijn angsten zo sterk en reëel dat ik het gevoel heb dat in het “echte” leven je niet zo angstig kan zijn. Ik heb mijn man gevraagd als ik roep, mij dan zachtjes beet te pakken en te zeggen dat ik droom. Dit helpt wel, want dan kom ik sneller uit de droom.
Maar gisteren had ik voor het eerst een zeer heftige nachtmerrie/angstaanval. Ik sliep ongeveer al 2 uur en toen kwam er in mijn droom een man boven/naast mij die mij beetpakte. Ik gilde “neeeee” en hij zei “ja, ja rustig”. Ik dacht mijn laatste uur is geslagen en wilde absoluut wegkomen. Ik rukte me los van hem en stormde mijn bed uit (echt dus) en gooide de slaapkamer deur open. Ik holde de gang/overloop op en schreeuwde help, nee, nee en ik dacht ik moet rechtsom de andere trap nemen om de buitendeur zo snel mogelijk te bereiken. Ik rende dus rechtsom en viel heel hard (echt gevallen) voorover op de vloer en greep me vast aan een staaldraad (onderdeel van de overloopomheining). Op dat moment kwam de man uit de slaapkamer en ik kon niet meer wegkomen. Ik lag op de grond op de overloop te schreeuwen nee, nee. De man zei: “ik ben het” en ik “nee, neeee”. Ik dacht dat hij me ging verkrachten en vermoorden.
De man heeft diverse keren gezegd “ik ben het” maar het drong niet tot me door. Tot hij zei dat hij Jos was en ik eindelijk zag dat het mijn eigen man was, die ik gewoon niet herkende. Ik begon te trillen over mijn hele lichaam en Jos troostte mij. Toen pas voelde ik dat ik ook echt gevallen was en een paar flinke kneuzingen had. Ik heb noch wel 15 minuten getrild en later gehuild. Ook vandaag kom ik nog niet echt los van deze verschrikkelijke droom en heb ik op diverse plaatsen op mijn lichaam blauwe plekken en pijn.
Puppie
Tegenwoordig gaat elke droom over mijn pup die ik en mijn vriend sinds een paar maanden hebben.
Elke droom gaat over het verlies van deze pup, dat die gejat word door bedriegers.
Moordende vissen die naar mij en zijn pootjes happen.
De laatste droom ging over de slechteriken uit een superheldencartoon die lagen te wachten tot mijn vriend het bed uit ging en ze mij te grazen konden nemen door een haak door mij keel te rammen en mijn hond te hersenspoelen tot een moordhond.
Het is elke keer weer een gevecht in mijn droom om hem te redden.
Voor mij is erg duidelijk waarom ik die dromen heb, angst dat er wat gebeurt met mijn pup want die is namelijk ziek. Gelukkig word ik uit mezelf wakker op het moment dat het emotioneel teveel wordt.
Omdat de droom door blijft gaan terwijl ik wel bewust ben, ga ik rechtop zitten en dwing ik mezelf om leuke dingen te denken, zoals de pup met zijn flapperende oren rennend in een bloemenveld of lekker knuffelen met hem. Als ik merk dat ik met een glimlach op bed zit, weet ik dat ik weer lekker kan slapen.
Mol
Mijn zoontje van 5 wil niet meer slapen omdat hij altijd dezelfde enge droom heeft. Hij wilde hem eerst nog niet vertellen. Nu heeft hij dat toch gedaan:
hij wordt achter na gezeten door een mol zo groot als hij zelf is. Van de mol mag hij niet meer naar huis maar wordt hij de andere kant opgestuurd.
Hij is eerst met zijn broer die veel harder kan rennen zijn broer veranderd later in een vriendje van hem. Met het vriendje komt het later goed met mijn zoontje niet.
Huis met klimop
Ik had vroeger toen ik ongeveer negen was, een steeds terugkerende droom.
Ik stapte aan het begin uit onze toenmalige auto en keek tegen een heeeeel erg eng huis aan een soort dracula-achtig ouderwets huis met overal klimop aan de buitenkant.
Mijn ouders moesten hier blijkbaar zijn en liepen richting een soort achterpoort maar er zat geen deur in ze liepen gewoon naar binnen.
Aan de muren van de gang in het huis zaten een soort groene dikke lianen ik vertrouwde dit niet en sleurde mijn broertje mee naar buiten.
Net op tijd want ik zag dus dat mijn ouders schreeuwend gewikkeld werden in deze lianen. Ineens in een flits zat ik bij mijn opa en oma in de auto. En ik zei: zijn pappa en mamma nu dood? mijn oma zei toen: ja kind dat heb je goed.
Ik heb deze nachtmerrie twee weken gehad en soms nog eens in het jaar erna. Ik zat hier toen erg mee want ik werd zwetend wakker omdat ik nog niet wakker kon worden uit een nachtmerrie.
Nu doe ik gewoon ineens heeeeel wijd mijn ogen open. Ineens heel snel en dan word ik wakker dit is mijn methode. Ik ben hierachter gekomen omdat ik in dromen vaak mijn ogen halfdicht had en daardoor niks kon zien.
Daarom wilde ik mijn ogen openen maar ik werd dan wakker, daardoor kan ik dit.
Ongeval
Ik was gewoon thuis met mijn vriend toen ik opeens de deurbel hoorde. Ik deed de deur open en daar stond een dame die beweerde dat ze mijn buurvrouw was smekend om een sigaret. Deze vrouw zag er best wel eng uit aangezien ze allemaal bulten op haar lichaam had. Twee minuten later kwam er een andere “buurvrouw” binnen, zeggend dat ze een ronde aan het doen was voor gastvrijheid in de flat.
Uiteindelijk waren ze weg en zat opeens mijn ex-vriend bij ons in de stoel in de woonkamer tv te kijken met een goede vriend van hem. Opeens had mijn vriend piercingringen door zijn lip en neus en deed heel raar. Opeens was mijn andere ex-vriend er ook en hij viel van mijn balkon af van vier hoog op zijn hoofd. en ik rende als een gek naar benenden en daar stonden mensen gewoon te kijken hoe het bloed uit zijn hoofd stroomde. Ik was helemaal overstuur en gilde de hele buurt bij elkaar, toen zag ik mijn huidige vriend op de galerij staan en ik gilde en gilde maar: BEL 112, BEL 112. Niemand deed iets ik voelde mij zo machteloos.
Toen zei mijn vriend: het komt wel goed het is een schaaf wondje. Maar ik was natuurlijk helemaal overstuur want hij is nog steeds mijn beste vriend. Ik gilde met al mijn stem: maar zie je dat dan niet? Doe iets, doe iets. En toen uit het niets knipperde hij met zijn ogen en keek mij aan deed mijn sjaal om zijn hoofd en er was niets meer aan de hand.
Lucide dromen
k heb een aantal jaar geleden iets gevonden waarmee ik makkelijker dromen kon beseffen. Zoals jullie het noemen dus lucide dromen. De oplossing was eigenlijk simpel;
Ik had altijd last van dromen en veel nachtmerries en vond ze uiteraard niet echt leuk. Dus werd ik een beetje paranoia voor nachtmerries en het minste wat verdacht aan een omgeving of situatie leek werd als verdacht beschouwd.
Ik deed dan wat men altijd vraagt aan iemand; ‘knijp me eens!’ , maar ik deed me dus zelf even pijn, even op de tong bijten ofzo en dan zou ik weten of het een droom was of niet. In het begin werkte het toch niet zo goed maar na een tijdje
werd het routine en ‘controleerde ik de werkelijkheid’. Uiteindelijk kon ik dus weten wanneer ik in een droom zat en probeerde dan wakker te worden om het akelige einde niet te hoeven mee maken.
Dit was niet bepaald makkelijk; ik probeerde dan allemaal wilde bewegingen te maken om wakker te worden en meestal hielp dat wel, maar zorgde er tegelijk voor dat ik nog altijd zwetend wakker werd, aan de andere kant heb ik ook een andere methode geprobeerd die net iets moeilijker is namelijk je open ogen open doen. Dit laatste is zeer moeilijk omdat zoals ik al zei je ogen al open zijn, je moet samen met het besef van de nachtmerrie beseffen dat je ogen dicht zijn en je oogleden proberen te voelen in het echt. Het is me één keer gelukt.
Tweede wereldoorlog
Ik vaak last van nachtmerries over uiteenlopende dingen, maar wat ik nu al een aantal keer gedroomd heb is dat ik weer kind ben. En het is tijdens de tweede wereldoorlog, samen met andere kinderen moeten we ons verstoppen in een bos voor de Duitsers. Ik ben mij er ondertussen wel van bewust dat ik droom, want ik kan dan andere kinderen vertellen hoe lang de oorlog nog duurt. Vaak wordt ik hierna zwetend wakker.
Man in steeg
Ik loop in het donker over straat. De lantaarnpalen geven een zwak licht af. Het waait en miezert lichtjes. Ik stap met mijn voet over een plas. In een steegje rechts van mij zie ik iets bewegen. Ik blijf staan en kijk nog eens beter. Ik zie een donkere schaduw zich snel tegen een muur drukken. Het is de gestalte van een man. Wat doet hij daar? Nou ja, dat hoef ik ook niet te weten. Zolang hij het maar niet op mij gemunt heeft.
Snel loop ik door. Na enige seconden hoor ik ineens voetstappen – en dat zijn niet de mijne. Ik kijk achterom en mijn nekharen staan meteen recht overeind. De man loopt achter mij aan! Oh nee! Dit gaat fout! Ik versnel mijn pas, maar hoor dat de voetstappen nog sneller gaan. Ik kijk om, en schrik opnieuw. De man is ineens veel dichterbij gekomen. Arrghh nee! Ik begin te rennen, en ren midden op de straat.
De man rent achter mij aan en ik hoor zijn voetstappen naderen. Ik probeer nog harder te rennen, maar dit lukt niet. Integendeel, ik ren steeds moeizamer. Het lijkt wel alsof ik tot aan mijn middel door de stroop moet waden. Ik kom zelfs nauwelijks vooruit, het gaat steeds trager. Mijn achtervolger is nu nog maar op een paar meter afstand. Hij heeft me nu bijna, ik hoor zijn adem al. En dan… schrik ik wakker.